Toen ik vandaag naar buiten keek, zag ik mijn witte parasol scheefgezakt in de zon staan. Even twijfelde ik of ik zou opstaan en vragen of alles wel goed. Ik was namelijk zelf wat onwel. Maar mijn empathie sloeg me om de oren en wie om de oren gemept wordt gaat naar buiten.
‘Lieve Parasol,’ zei ik, ‘is alles wel goed met jou? Je hangt op half zeven en het is pas twee uur.’
Mijn Parasol keek me aan. ‘Ik zat aan mijn danscarrière te denken,’ zei hij. ‘Ik zou zo graag een ballerina willen zijn. Mijn bovenkant is net een tutu en ik wil zo graag mooie rondjes draaien zodat mijn tutu mee wappert.’
‘Wacht even,’ riep ik. En rende naar boven om mijn witte rokje aan te trekken. ‘We moeten dan wel matching outfits hebben, niet?!’
En daar gingen we, los op het balkon op Guns ’N Roses. Niet mijn keus, de Parasol mocht kiezen. De muziek speelde, de zon straalde en wij dansten.
‘Swing die heupen maar eens goed los Parasol,’ blèrde ik.
De zon verdween achter een wolk, stilte omringde ons en de gitaar van Slash viel op het balkon.
Ik keek de Parasol aan.
‘Ik heb geen heupen,’ zei hij.
‘Maar als je die zou hebben, zou je ook super strakke billen hebben!’ riep ik om de situatie te redden.
Even was het stil. We keken naar elkaar, tot de Parasol een grote grijns kreeg. ‘Okay!’ gilde bij blij.
De muziek speelde weer, de zon scheen. En rondjes dat we gedraaid hebben op mijn balkon. Twee zwaaiende rokjes met super strakke billen. Het was me het dagje wel. En ik noem het: parasol-lol!